Over o.a. de ontpoldering van de Hedwigepolder zijn Wob-verzoeken ingediend bij onder meer de minister van LNV. De uitspraak van de Raad van State maakt duidelijk dat het bestuursorgaan goed moet kijken naar het Wob-verzoek. Gebruikelijke zinnen als “alsmede alle beschikbare documenten met betrekking tot die correspondentie en afspraken” maken dat het verzoek dus – anders dan de minister meende – wel ziet op de schriftelijke contacten over die correspondentie en afspraken binnen het ministerie en tussen het ministerie en de andere betrokken ministeries.
De minister moet dan ook aan de slag en op zoek naar alle documenten die onder hem en onder de onder zijn verantwoordelijkheid werkzame instellingen, diensten of bedrijven berusten.
De vraag of de minister het verzoek ook (nog) moet doorsturen op grond van artikel 4 van de Wob naar de andere ministeries wordt niet gesteld. Die opdracht blijft dus uit.